Jan Brokken (1949) is schrijver van romans, reisverhalen en literaire non-fictie. Ook internationaal verwierf hij faam, met onder meer ‘De blinde passagiers, Mijn kleine waanzin, Baltische zielen, In het huis van de dichter, De vergelding, De Kozakkentuin’ en ‘De rechtvaardigen’. Begin 2020 verscheen ‘Stedevaart’ en in 2021 de bestseller ‘De tuinen van Buitenzorg’. Het werk van Jan Brokken is vertaald in onder meer het Chinees, Engels, Frans, Duits, Deens en Italiaans. Ook won hij met zijn boeken verschillende prijzen.

In ’De kampschilders’ verteld Jan Brokken het verhaal van zijn ouders. Zij zaten ten tijde van de Tweede Wereldoorlog in een jappenkamp op Celebes. De kampen waren gescheiden, de vrouwen in het ene kamp en de mannen in het andere kamp. De kunsten bloeiden in het midden van de jaren dertig op Bali. Vanuit de hele wereld trokken kunstenaars naar het eiland en raakten geïnspireerd door de Balinese cultuur. Onder hen de schilders Rudolf Bonnet en Willem en Maria Hofker. Ook zij werden gevangengezet tijdens de oorlog in de jappenkampen. Ook al waren er weinig middelen omhanden, toch presteerden de kunstenaars het om hun tekeningen te maken. Het boek is onderverdeeld in drie delen met korte hoofdstukken. In het eerste deel maken we kennis met Olga, de moeder van de auteur. In deel twee gaat het verhaal verder met Han, de vader van de auteur. Het derde deel gaat over de verwarrende tijd na de Japanse bezetting, de overgave van Japan. Jaap Brokken weet goed weer te geven hoe het leven en de sfeer in de jappenkampen was in de Tweede Wereldoorlog. De trauma’s en het overleven zijn indrukwekkend en heftig. Het boek is geïllustreerd met prachtige afbeeldingen van de kunstenaars waardoor we een goede indruk krijgen van die tijd.

‘De kampschilders’ is een eerbetoon aan de ouders van Jan Brokken en aan de schilders. Zeker een aanrader.