Danny Beyens werd op 6 januari 1964 geboren in Herentals. Hij debuteerde is 2007 met de misdaadroman “Quatre-mains”. Een boek waarvan je als lezen kennismaakt met de zieke geest van een seriemoordenaar. Daarna verscheen “Date met de Dood”.

Commissaris Coppens en hoofdinspecteur Degraaf van de Federale Gerechtelijke Politie in  Turnhout worden opgeroepen voor een vreemde zaak.

Tijdens de ontruiming van een kerkhof in Mol, wordt een mummie opgegraven. Er wordt voor een moord gevreesd. Het slachtoffer blijkt een man te zijn, maar verdere informatie is er niet.

De enige aanwijzing is een afbeelding van een Jakhals op het lijk.

Tegelijkertijd boeken een aantal mensen een trip naar Egypte, een avontuurlijke rondreis. Na dat ze op een dag allemaal samen gekomen zijn om de nodige afspraken te maken, vertrekken ze later naar Egypte. Daar blijken ze opgelicht te zijn, en ze moeten zelf aan de gang met hun reis.

Dan komt er een tip van Laura de Win, anoniem weliswaar. Diezelfde Laura wordt opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis. Zij verteld allerlei verhalen dat haar vrienden met wie ze op reis was allemaal vermoord zijn door een jakhals en dat ze door diezelfde jakhals gevolgd wordt om vermoordt te worden.

Ze wordt opgesloten op de gesloten inrichting.

Beyens heeft een boek geschreven met veel informatie over Egypte. Feiten en fictie lopen door elkaar schrijft hij achter in het boek. De berg informatie waar de lezer zich doorheen moet worstelen is vooral veel, te veel. Dit haalt de vaart uit het verhaal en maakt het daardoor erg langdradig. De spanning wordt hierdoor erg langzaam opgebouwd, en valt regelmatig weg. Het verleden en heden lopen “In de dag van de Jakhals” door elkaar heen, maar dat is alles behalve storend.

De karakters worden goed neergezet en je leert ze ook goed kennen. Ook de dialogen lopen lekker door. Het plot viel weer een beetje tegen, dat is jammer.

“Het spoor van de Jakhals” is een redelijk verhaal. Worstel je wel even door de Egyptische geschiedenis heen!