Langs een verlaten treinspoor wordt het lijk van voormalig universitair docent Gavin Miller gevonden. Hij woonde in een nabijgelegen spoorweghuisje. Het lijk vertoont sporen van geweld;  geen zelfmoord dus. Gavin Miller, een voormalige hogeschooldocent, die ontslagen werd nadat hij door twee leerlingen werd beschuldigd van seksuele intimidatie, leefde teruggetrokken en had grote financiële problemen. Toch werd er 5000 pond in de zakken van het slachtoffer gevonden.  Hoofdinspecteur Banks en zijn team gaan op onderzoek uit. Ze ontdekken dat Miller zowel op de hogeschool als daarbuiten vijanden had. Zo kreeg hij weinig steun van de hogeschooldirectie. Maar een ander spoor reikt veel verder in het verleden, naar de politiek woelige jaren '70 en '80. Uit die periode kende Miller lady Veronica Chalmers. De toenmalige marxiste is inmiddels een populaire schrijfster geworden en tante van een aanstaande staatssecretaris. En net met die dame heeft Gavin Miller een paar dagen voor zijn dood gebeld, een gesprek dat zeven minuten duurde. Bovendien hebben  de zoekopdrachten op Millers computer allemaal betrekking op de jaren tachtig en de sociale onrust en stakingen in die periode. Banks bijt zich in dit spoor vast; tot ongenoegen van zijn superieuren. Ook dit 21ste deel uit de reeks rond Banks is een vlot geschreven klassieke detectiveroman met een verrassende ontknoping. Werk van een vakman!