Steenkool was tot eind jaren vijftig de kurk waarop de Nederlandse economie voor een belangrijk, zij het geleidelijk afnemend deel, dreef. De economische betekenis van de mijnindustrie voor de Nederlandse samenleving had in de jaren van de wederopbouw een beslissende invloed op het wel en wee van de bewoners van de Limburgse mijnstreek.
Juist op het moment dat aan de spaarzame en vlijtige jaren vijftig een einde komt en de welvaartsstaat in wording is, verliezen de mijnen de strijd tegen goedkopere energiebronnen. Al sedert medio jaren vijftig ontstaat in de Limburgse mijnstreek meer alternatieve werkgelegenheid. Het onderwijs biedt bovendien steeds meer mogelijkheden de eerst zo onvermijdelijke weg naar de mijn te vermijden. Mijnarbeid was nooit geliefd, maar nu slagen de mijnen er niet meer in voldoende arbeidskrachten uit de eigen regio voor het zware, ongezonde en gevaarlijke ondergrondse werk aan te trekken.
Opbouw, groei en stagnatie kenmerken de economie in de jaren 1955-1975. Die fasen kenmerken ook de ontwikkelingen in de mijnstreek. De visuele weerslag daarvan vinden we terug in de fotoverzamelingen van de mijnen, de voormalige mijngemeenten en andere archieven. Net als het rijke, ten dele niet eerder gepubliceerde beeldmateriaal werpen ook de begeleidende teksten voor een deel een nieuw licht op dertig jaar van wederopbouw en neergang van de Limburgse mijnstreek.Loonbeheersing was in de jaren vijftig het motto: het nationale belang ging vóór het belang van de mijnstreek
De Nederlandse wederopbouw was niet mogelijk zonder steenkool
Titel | Morgen wordt het beter |
Auteur(s) | Loek Kreukels |
Ondertitel | De Mijnstreek 1944-1975 |
ISBN | 9789462585881 |
Afmetingen | 318x247x18 mm |
Aantal pagina's | 144 |
Uitgever | |
Taal | Nederlands; Vlaams |
Levertijd | 2-3 werkdagen |
Prijs | € 29.95 |
Bindwijze | Hardback |
Gewicht | 1050 gram |